Terugkijkend op de voorbije maanden neemt dankbaarheid een grote plaats in. Leo en ik zijn bedolven onder honderden kaarten, tientallen bossen bloemen, goede wensen via mail, sms en vaak mondeling. Vele maaltijden hebben we ontvangen, compleet aan de deur, soms zelfs tot op het bord uitgeserveerd. Het is een onbeschrijflijke, verwarrende periode met tegengestelde gevoelens geweest, maar je mag gerust weten dat tranen van dankbaarheid die van het verdriet overtroffen.

Niet iedereen hebben we bedankt voor de goede wensen, gedachten en gebeden, dat wil ik bij deze graag goedmaken. Dankjewel, dankjewel voor het bijna niet te beschrijven gevoel dat Leo in menig mens, kind, ouder, vriend iets heeft losgemaakt en kunnen bijdragen aan het leven. In de woorden van C. Buddingh’: “Geef mij de mens maar, het enige dier in de schepping dat zijn soortgenoten verslindt en tussen twee maaltijden door een plaatje opzet van Joseph Haydn.”

Dank aan allen die het laatste half jaar zo draaglijk maakten, aan ‘Bloem’ die elke week anoniem een gedicht in de brievenbus doet, aan de mensen van Buurtzorg, kerk, huisarts, Antonius Abt, uitvaartonderneming en ieder die we nu vergeten en daarmee tekort doen. Dank aan de voorlezers die het mogelijk maakten te blijven lezen, terwijl de ogen niet meer willen. We wisten werkelijk niet dat er zoveel wijzen van hulp zijn en beseffen terdege dat we zelf wel eens tekort zijn geschoten.

We missen Leo en zijn kijk op het leven, zijn handen aan het stuurwiel, zijn opgewektheid en zijn onbesuisdheid, maar in dankbaarheid beseffen we de rijkdom die het leven ons brengt; “go with the flow maar, wel bijsturen hè”.

Mede namens Floris, Puck en Annabel,

Erica Sajet – Van Creij

Lees ook: “Wanneer de lente komt” (Afscheid) en “Voor Leo”

Afbeelding