Naar aanleiding van Jesaja 5: 1-7 en Mattheus 21: 33- 43.
Ooit maakte ik een trektocht door de Elzas in deze periode van het jaar. De wijnvelden waren vol met druivenplakkers. Veel studenten met zo’n mand op hun rug om de geplukte druiven in te gooien. Het leverde idyllische plaatjes op. Vandaag gaan beide lezingen over een wijngaard, maar helaas leveren die geen idyllische plaatjes op. Integendeel. Het is zó treurig, dat je er het liefst over zou willen zwijgen, zou doen of het niet in de bijbel staat. Maar de realiteit is anders en het is misschien ook maar goed om er juist níét over te zwijgen, en ook niet doen alsof het een verhaal van toen was, want het zal blijken, dat deze teksten beangstigend actueel zijn.
Het zal u duidelijk zijn, dat Israël de wijngaard is en de Eeuwige de eigenaar van de wijngaard. Het is vandaag ook Israëlzondag, dus is het ook gemakkelijk om te denken, dat het een probleem is, dat zich in Israël afspeelt. Het Israël, dat de profeten wegjaagt en de Zoon vermoordt. Dan hoeven we het niet op onszelf te betrekken, maar ik wil u uitdagen om dit toch persoonlijk te lezen. Dan wordt die wijngaard onze ziel: prachtig gemaakt. De Eeuwige heeft er echt zijn best op gedaan en Hij zag dat het goed was, het was zeer goed. Die van hem gekregen ziel hebben we om er iets moois mee te doen.
Dan melden zich boodschappers die ons komen vragen: wil de wijngaard wel vrucht dragen? Tsja, wat voor vruchten dan precies? En nu wordt het écht persoonlijk. Ik noem maar wat mogelijke vruchten op: trouw in je vriendschappen, trouw in de liefde, leef je om te werken of werk je om te leven, zorg je goed voor jezelf en voor de armen, de vreemdelingen, hoe zit het met verbittering en vergeving? En niet onbelangrijk: zorgen wij goed voor de aarde, die wij ook als pacht hebben gekregen?
Op dit laatste wil ik wel even ingaan. Misschien hebt u ook gelezen over de nieuwe documentaire van David Attenborough: ‘a life on our planet’. U kent hem wel van al die prachtige natuurdocumentaires, maar nu is deze, misschien wel zijn laatste want hij is inmiddels 94, documentaire één grote aanklacht tegen wat de mensheid de natuur heeft aangedaan. Het is een doeltreffende stomp in de maag geworden, want ‘ik zou me schuldig voelen, als ik nu niets zou doen. Het is meedogenloos wat we met de aarde hebben gedaan’, zo zegt Attenborough. Misschien herinnert u zich, dat de coronalockdown wereldwijd werd opgelegd en dat we voor het eerst in tientallen jaren de top van de Mount Everest konden zien. Mooi is wel, dat Attenborough zegt: ‘het laatste dat sterft is de hoop. Misschien is de aarde over een eeuw weer wild, maar daarvoor is wel wat nodig zoals minder bevolkingsgroei, schone energie en plantaardig eten’. Het gaat vooral ook om het redden van onszelf. In Tsjernobyl worden verlaten flatgebouwen overwoekerd door bomen en de stad ingenomen door dieren. ‘Zonder ons krabbelt de natuur wel weer op’, aldus Attenbourough.
En daarmee past zijn boodschap heel goed in het plaatje dat Jesaja en Mattheus ons scheppen. Want ook bij Jesaja lijkt het erop alsof Israël weigert op het goede moment vrucht te dragen, want door wanbestuur gebeurt dat niet. Zo zou je kunnen zeggen: het begint bij Jesaja en in Jezus zien we de samenvatting van alles wat zich in het verleden heeft voltrokken, maar dan in een alles overtreffende trap. De Eeuwige zond zijn zoon in de hoop dat wij hem zouden aanhoren, maar wij zitten niet op die kritische vragen te wachten.
Ik moest denken aan psalm 24: de aarde en haar volheid zijn des Heren koninklijk domein, de wereld en die daar op wonen. We hebben iets toevertrouwd gekregen en zijn daar verantwoordelijk voor. Maar, net als de pachters, hebben wij er ons eigendom van gemaakt. Zowel wat betreft onze ziel, als wat betreft onze aarde. Het is tijd om te kijken hoe nu verder? Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.
Even een zijspoor om dadelijk weer op het hoofdspoor te komen:
Sanne Wallis de Vries, ze is cabaretier, heeft een nieuw programma: ‘Heel’. We moeten allemaal ‘helen’, daarom heet het programma zo. Zij vraagt zich af: door Corona en alle beperkende maatregelen is er een heftig verlangen naar het ‘oude normaal’, maar moet het óude normaal’ wel weer normaal worden? Misschien moeten we sleutelen aan de norm waarlangs we onze lat leggen voor het ‘normaal’ om bij een ‘nieuw normaal’ uit te komen. Hoe gaan we samen iets maken van onze toekomst op deze in bruikleen gekregen aarde maken. Waar moeten we voor in actie komen?
Dat zou iets moois kunnen opleveren, tenslotte is het laatste wat sterft, de hoop volgens Attenborough en waar hoop is, is leven. Daarom is het toch goed om eens grondig naar de betekenis van deze moeilijke teksten te kijken en onszelf kritische vragen te stellen, vóór anderen dat doen. Dan hebben we tenminste een antwoord op de vraag: wat zijn uw vruchten? Want ik ben ervan overtuigd, dat straks aan de hemelpoort niet gevraagd wordt: ‘wat heb je goed gedaan en wat heb je fout gedaan?’ dan zou het een kwestie van plussen en minnen zijn. Voor iets goeds wordt iets slechts weggestreept. Er zal gevraagd worden: wat zijn je vruchten, want aan de vruchten herken je de boom.
Natuurlijk zijn het moeilijke tijden, zeker nu in coronatijd. We hunkeren naar contacten, naar aanraking, naar doen wat we gewend zijn, maar dat zit er voorlopig niet in. Is het nu juist niet de tijd, kairos, het goede moment, om ons te heroriënteren hoe wij kunnen bijdragen aan betere vruchten, aan een betere wereld, omdat we alles in bruikleen hebben en we daar de Eeuwige innig dankbaar voor zijn? We kunnen erop vertrouwen, dat de Eeuwige erbij zal zijn. Het is natuurlijk niet voor niets dat we iedere kerkdienst beginnen met ‘onze hulp is in de Naam van de Eeuwige, die hemel en aarde gemaakt heeft en niet laat varen het werk dat zijn hand begon.
In de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest
Ds. Bernadette van Litsenburg