Op de Laatste Zondag van het Kerkelijk jaar, op 25 november, zullen de namen genoemd worden van gemeenteleden die ons het afgelopen kerkelijk jaar ontvallen zijn. Allen die een geliefde verloren hebben in onze gemeente, krijgen een persoonlijke uitnodiging.
Dierbaren ervaren dikwijls dat de wereld gewoon doorgaat terwijl er een diep en pijnlijk gemis is; voor hen gaat de wereld vaak maar moeilijk verder.
In tijden van verdriet kan God onbereikbaar ver weg lijken en toch zeggen we dat God zijn mensenkinderen niet loslaat. Het is dit vertrouwen dat ons hoop kan geven op het licht in de morgen. Misschien duurt het lang, voor je gevoel veel te lang, voor je dat licht weer ziet.
Als je zelf niet kunt bidden, is er de gemeente die voor je bidt. Zo bidden we op ook deze zondag voor ieder die een geliefd mens moet missen door de dood.
We noemen de namen van de gemeenteleden die zijn overleden en gedenken hun dood, maar ook hun leven. Alles wat zij mochten betekenen tijdens hun leven ligt besloten in hun naam. Dat wij die naam blijven koesteren en hem noemen te midden van anderen, in het vertrouwen dat wij mensen in leven en sterven geborgen zijn bij God, de Eeuwige, bij wie de bron van leven is en de gedachtenis van onze namen.
Wil van Egmond
Een naam
een naam gebeiteld in steen
een naam uitgeroepen bij de geboorte
een naam gegeven als opdracht om te leven. een naam gefluisterd in liefde
een naam alleen nog als herinnering een naam gegrift in Gods hand